
Wat is dát?’ vraagt Simcha als Peter met twee pannenlappen een ovenschaal met kipkluifjes op tafel zet. ‘Kippenpootjes,’ zegt hij verheugd en schept gul op. ‘Wil jij ook?’ ‘KIPPENPOOTJES?! JE BEDOELT DE POOTJES VAN EEN KIP?’ Haar mond staat open van verbazing. ‘Je gaat toch niet je eigen huisdier opeten?!’ Norah zit in haar hoge stoel en trekt zich niks aan van de commotie om haar heen. Geconcentreerd probeert ze met haar knuistjes wat rijst in haar mond te stoppen. De hond probeert zo ongezien mogelijk alles weg te werken dat naar beneden valt. Terwijl ik Noor een stronkje broccoli aangeef, vertel ik Simcha dat de worst die ze altijd zo lekker vindt ook van een dier komt. Haar hele wereldbeeld is zojuist ingestort. Norah heeft inmiddels groene smurriewangen en rijstharen. Maar zelfs daar kan Simcha nu niet om lachen.
De volgende ochtend verklaart Simcha dat ze nooit meer een dier wil eten. Ze vindt dieren lief. En ja hoor, geen ham meer op haar tosti, vegaworst in de worstenbroodjes en geen spekjes meer bij de pasta. Ze wil het echt niet meer. Iedereen die ze tegenkomt, vraagt ze vrijwel direct of ze ook vegetariër zijn. ‘Waarom niet? Vind je dieren dan niet lief?’
Duurzaam
Voor kinderen is het leven simpel. Ze maken keuzes vanuit hun idealen. Als zij het voor het zeggen hadden, was de wereld veel sneller een stuk duurzamer. Zeer leerzaam en verhelderend voor grote mensen die alsmaar compromissen met hun eigen principes sluiten. Niet zo gek dat er tegenwoordig in veel bedrijven en zelfs in de regering een raad van kinderen is die met hun frisse blik en rake vragen heel wat jaren vergaderen in een klap onnodig maken. Ook ik laat Simcha steeds meer meedenken als we hier thuis voor een dilemma staan. We houden familievergaderingen waarbij we haar inbreng serieus nemen.

Praktische bezwaren
Nu ze groter wordt, handelen we steeds minder vanuit de overtuiging haar te moeten beschermen. Zoals bij Norah, die anders van het bed rolt of mijn hete thee over zich heen trekt. Het levert soms wel praktische bezwaren op. Zo hadden we op een gegeven moment acht hanen rondlopen wat behoorlijk zwaar was voor onze hennetjes. Vooral dankzij Pietje, een dikke bullebak, die zodra de opperhaan even niet keek alle hennetjes besprong. Gratis af te halen, typte ik op marktplaats.
‘Pietje gaan ze vast opeten, mama. Hij is zó dik. Ik vind niet dat we dit moeten doen.’ ‘Nou ik denk inderdaad niet dat die meneer een kippenhok voor Pietje aan het bouwen is,’ zei Peter. Dus Pietje bleef en de meneer werd teleurgesteld. ‘Mooi is dat. Vanavond geen kip,’ schreef hij terug. Hoe konden we ook het risico nemen dat de haantjes die als kuikentje in haar handen in slaap vielen, vanavond als kipkluifjes bij iemand op tafel zouden eindigen? Inmiddels eet ons hele gezin vegetarisch. Vlees eten op deze grote schaal is voor de natuur veel te belastend. En Simcha heeft natuurlijk gewoon gelijk. Dieren zijn lief. Zo simpel is het.
Dag Lisa,
Ik begrijp de reactie van Simcha over het doden van dieren om vlees te eten helemaal. Maar toch heb ik hier een bedenking bij. Is het echt nodig om vegetariër te worden?
Zelf kom ik uit een slagersfamilie. Mijn ouders hadden een slagerij, mij broer doet deze nu verder en in onze stamboom kunnen we terug gaan tot eind van de jaren 1700 en zijn hetWat telkens slachters van vader op zoon. Dieren doden om op te eten is dus normaal in onze familie. Wat niet wil zeggen dat ik het daar nooit moeilijk mee heb gehad. Vooral als kind dan. Bij onze slagerij hebben wij namelijk een eigen slachthuis. Mijn vader kweekt lammetjes om als vlees te verkopen in de winkel. Als kind vond ik dit heel erg, maar het was nu eenmaal zo, en vlees vind ik wel lekker. Mijn kinderen zien dit nu ook gebeuren en stellen zich ook vragen, maar ze weten dat wanneer ze vlees willen eten, dat er dan een dier moet geslacht worden. En ook dat is belangrijk. Veel mensen zijn zich niet meer bewust van waar hun eten komt. Ze staan er niet bij stil dat wanneer ze vlees eten, daarvoor een dier moet geslacht worden. Moeten we daar niet meer naartoe? Het bewuster omgaan met eten. Mijn broer staat hiervoor in zijn slagerij. Zijn slogan is “Vlees, eet minder, maar beter”. Wees bewust van wat je eet. Kan jij je hierin vinden? Ik wou graag je mening hierover eens weten. Alvast bedankt. Groetjes, Flore
Geweldig jouw reactie Flore! Wat word ik hier blij van. Het is zo fijn als we elkaars verhaal leren kennen en elkaars afwegingen beter begrijpen. Ik ben het helemaal met je broer eens. Het is ook mijn motto. Minder maar beter. Ik eet het niet vaak maar als we het eten dan eten we biologisch vlees. Simcha wil graag helemaal vegetarisch zijn. Ik zeg soms dat flexetariër ook prima is. Dat we tandjes hebben voor groente én vlees, dat we bedoeld zijn om soms ook vlees te eten. Maar ze blijft het moeilijk vinden. Ik leef voor hoe ik er tegen aan kijk. Matigheid en kiezen voor mooi leven voor het dier. Maar eerlijk gezegd zou ik onze hanen ook niet kunnen opeten. We knuffelen ze en kennen hun namen. Ik denk niet dat ik er dan van kan genieten. Dan is het feit dat het lekker smaakt voor mij toch niet echt genoeg. Heel laf misschien. Want ik heb echt teveel hanen rondlopen. Alleen maar respect voor jullie vak. Als de dieren een mooi leven hebben gehad is het vlees ook beter. In die zin hetzelfde belang denk ik. Maar wat zou het voor de aarde goed zijn als we inderdaad allemaal minder en beter gingen doen. Dank voor je oprechte reactie! Heel erg veel dank, Lisa